Het laatste onderdeel van het zelf maken van een broek of een rok is natuurlijk de zoom. De zoom is mede bepalend voor de totale uitstraling van jouw zelfgemaakte kleding. Een te korte zoom kan al snel wat minder verzorgd ogen, alsof het kledingstuk te klein en te kort is. Maar een te lange broek of rok sleept juist over de grond. In deze blog lees je hoe de juiste lengte van de zoom kunt bepalen.
Voor je de stof gaat knippen
Voor je de stof gaat knippen is dit wellicht een belangrijke tip:
Wanneer je twijfelt over de lengte voor de zoom is het sowieso altijd een aanrader om een wat bredere zoom aan te knippen. Staat er bijvoorbeeld in jouw patroon beschreven dat je een zoom van 4 cm aan moet knippen, maar twijfel je over de lengte? Knip dan bijvoorbeeld een zoom van 10 cm aan. Mocht dit te veel zijn, dan kun je dit altijd aan het einde nog wat korter knippen. Maar helaas kun je naderhand geen langere zoom aanknippen wanneer jouw broek of rok straks te kort blijkt te zijn.
Zorg ook dat je de stof van te voren hebt gewassen. Wanneer je bijvoorbeeld een katoenen stof gebruikt, dan zou deze namelijk nog iets kunnen krimpen. Het zou dan zomaar kunnen zijn dat jouw zoom voor het wassen precies goed is, en nadat het kledingstuk uit de wasmachine komt ineens te kort blijkt te zijn.
De juiste lengte van de zoom bepalen
Vaak bepaalt het ontwerp van het kledingstuk de lengte van de zoom. Zo komt bijvoorbeeld een minirok boven de knie en valt een nette kokerrok vaak over de knie. Toch kun je hierna natuurlijk flink mee variëren en de zoomlengte volledig afstemmen op jouw wensen. Let hierbij ook goed op jouw figuur en wat goed bij jou past. Een lange pantalon zal bijvoorbeeld ervoor zorgen dat jouw benen optisch langer lijken. Terwijl een driekwart broek dit juist minder doet.
Wanneer je het volledige kledingstuk in elkaar hebt gestikt dan is het natuurlijk tijd om het te passen. Zelf vind ik het altijd fijn om hier even wat extra hulp voor te vragen. Wanneer je namelijk zelf gaat bukken om de zoom af te spelden, dan zal dit natuurlijk niet helemaal recht en precies gaan. Wanneer je een lange broek hebt gemaakt dan is het ook altijd slim om hier alvast de schoenen bij aan te doen die je van plan bent om veel te dragen. Heeft deze schoen bijvoorbeeld een hak, of een plateauzool? Dit zijn allemaal details om hierin mee te nemen. Zelf vind ik het bijvoorbeeld mooi om mijn lange broek zo lang mogelijk te houden, dat deze net niet op de grond hangt.
Mocht je niemand in de buurt hebben die je hierbij kunt helpen dan kun je jouw zelfgemaakte broek (of rok) ook op een andere broek / rok uit je eigen kledingkast leggen. Zorg hierbij dat de kruisnaden (of de tailleband) gelijk liggen en meet op deze manier de juiste lengte voor de zoom. Dit kun je dan makkelijk even vastspelden. Pas hierna de broek of rok nog wel even om te controleren of het echt de juiste lengte is. Controleer bij een broek ook altijd even of de broekspijpen precies even lang zijn.
Voor rokken is er daarnaast nog een handig hulpmiddel op de markt: de rokkenspuit. Een rokkenspuit heeft een klein luchtpompje en werkt met heel fijn krijt. Door de lucht spuit je zo heel eenvoudig een dun krijtlijntje op je stof. Zo zie je precies wat de zoomlijn moet zijn.
Het is slim om de rok of broek na het spelden eerst even te strijken. Op deze manier wordt de zoom mooi strak en kun je deze naderhand eenvoudig vast stikken op je naaimachine. Je kunt hiervoor het beste een net wat grotere steeklengte gebruiken.
Heeft jouw rok een voering? Maak de zoom van de voering dan altijd een paar centimeter korter dan de stof aan de buitenkant. Op deze manier voorkom je namelijk dat de voering tijdens het dragen zichtbaar zal zijn.